Wat ik mij afvraag is hoe de visuele waarneming en
esthetiek beïnvloed wordt door het wetenschap-
pelijke denken. Wat we zien is niet enkel het fysiek
zichtbare van vormen, maar tevens inwendige
structuren, mechanismen, chemische samenstel-
lingen, functies. onderlinge relaties, enz. We zien
wat we weten.
ln mijn werk ligt de nadruk op het intensiveren van
de voor kinderen kenmerkende sterke zintuiglijke
ervaringen, die in het volwassen bestaan allengs
worden uitgewist. Waar de volwassene streeft naar
orde, maat en gewoonte, daar laat het kind zich
vervoeren door het onbekende en verwonderen
door de wonderbaarlijke wereld.
leder kind brengt bij de geboorte en in embry-
onale vorm de totaliteit van mogelijkheden met
zich mee, waarvan iedere cultuur en iedere peri-
ode van de geschiedenis slechts enkele selecteert,
vasthoudt en verder ontwikkelt. De volwassene is
belast met de conventionele kennis der dingen,
die al het bijzondere veralgemeniseert.
Mijn werk biedt een opening om door deze kennis
heen de betoverde wereld te ortdekken en door
te dringen tot onderdrukte zintaiglijke ervaring.
Het is een zoeken naar het schijnbaar onbekende
binnen het herkenbare. De kennis dient losgela-
ten te worden om zonder "het weten" te kunnen
küken.
lk verstoor de vertrouwdheid met de werkelijkheid,
roer wetmatigheden door elkaar en pluk hier naar
believen elementen uit. Deze reconstrueer ik tot
nieuwe objecten, waarbij de materiaalkeuze en de
uitvoering altijd bewust sterke fysieke ervaringen
tot doel hebben. Zo ontstaat een nieuwe werke-
lijkheid waarin metafysische ervaringen het opne-
men tegen de vertrouwd wetenschappelijke kennis.
lronie kan hierbij een middel zijn om gangbare
denkpatronen te ontzenuwen.
jeroen Meijs